maandag 4 januari 2010

De ziel

Het huis is oud en altijd stil. Het zwijgt al zijn hele leven lang. Ik zou wel willen luisteren naar de verhalen van mijn huis. Wat zou dat huis vertellen kunnen. Het heeft zoveel gezien. Het heeft zoveel meegemaakt, dat kan haast niet anders. Langs zijn gevel passeerde een eeuw geschiedenis zoals die in de straat weerspiegeld werd. Verder wacht er meer toekomst op mijn huis dan de dagen die mij nog blijven. Het overleeft me vast. Het huis heeft de straat en zijn bewoners doorheen de tijd zien veranderen of toch minstens aan de oppervlakte. Van pikdonkere nachten naar halogeenheldere vermeende veiligheid. Van paard en kar op zand naar auto op asfalt. Van postbode naar gsm en internet. Vast werden we er vaak beter van, maar misschien ook niet elke keer. Lawaai maakt het allemaal wel als nooit tevoren, maar erg duurzaam lijkt die vooruitgang toch ook niet elke keer. Ik vraag me wel eens af hoe het huis keek naar de grote ogenblikken. Hoe zag het naar de oorlog. Sneuvelden er soldaten in onze straat, of misschien wel burgers. Rolden er tanks langs zijn ramen of werd er lijf aan lijf gevochten? Kwamen de vliegende bommen ook in zijn buurt en vreesde het soms voor zijn dak of voortbestaan? Werd er gejuicht toen de straat werd bevrijd van zijn bezetting en werden er achteraf ook collaborateurs gelyncht? En wat vond het huis ervan, of staat het eeuwig als het is, veeleer boven die futiele mensenfrutsels ?

En langs de binnenkant keek het stiekem toe op al de kleine dingen die mensen zoal doen in de privacy van thuis. Het zag mensen dromen, haten, liefhebben, huilen, brullen, vallen en weer opstaan. Van geen menselijk gevoel bleef het gespaard. Mijn huis, verbeeld ik me, luisterde altijd mee, zag altijd alles en kon ook de dromen van de mensen lezen. Ook de mijne droomt het mee denk ik dan. Neen, ik weet het zeker. Mijn huis heeft zoveel meegemaakt, dat het wel een ziel moet hebben.

En nu gaan we het aanpassen. Of beter, als het ooit stopt met vriezen gaan we het laten verbouwen. Zelf ben ik niet zo handig, zeker niet met passer en winkelhaak, dus verbouwen moet maar door de vakman en het spaargeld. Soms voel ik me een beetje aarzelen. Dat we zomaar zonder vragen, zijn achterkant gaan slopen en met de nieuwste materialen en technieken gaan aanpassen aan wat we graag modern en comfortabel willen vinden. Voelt het huis er zich straks beter om of lijkt het achteraf eerder op een botox achterkant? Alsof grijze rimpels niet net karakter zouden stralen. Misschien gibbert het zichzelf wel op een hoopje. "Weer zo eentje die denkt dat hij de toekomst heeft en wat zichtbaar is moet renoveren. Zodadelijk komt de volgende en begint opnieuw. Alsof een steen verplaatsen mijn binnenkant of hun geluk ooit raken kan". Dus ik hoop maar op het beste. Ik hoop maar dat de architect en aannemer meer verstand van huizen en hun ziel hebben dan ikzelf. Dat ze naast een economisch oog ook wat voeling hebben met de eeuwigheid van oude stenen. Helemaal gerust ben ik er niet in.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten